Gebakken kabeljauw met mosterdsaus

Bereiding

1. Begin met het maken van de saus. Smelt 30 gram roomboter in een pannetje en voeg de sjalot toe. Fruit op laag vuur tot de sjalot zacht en glazig is. Voeg de bloem toe en laat al roerend 3 minuten op laag vuur garen. Voeg de bouillon en room toe en breng de saus al roerend aan de kook. Roer de mosterd, het citroensap en de helft van de dille door de saus en zet het vuur lager. Laat de saus nog 3 minuten zachtjes pruttelen. Houd de saus warm.
2. Dep de vis droog met keukenpapier en bestrooi met zout en peper. Verwarm de koekenpan met een scheutje olijfolie. Leg de kabeljauw op de huid in de pan en bak op middelhoog vuur goudbruin. De baktijd is afhankelijk van de dikte van de vis, maar reken op 2 tot 3 minuten per kant. Draai de vis om als het vel makkelijk loslaat van de bodem van de pan, voeg een klontje roomboter toe en bak nog kort verder op de andere kant tot de vis gaar is.
3. Schep een flinke lepel mosterdsaus op een bord en leg hier een gebakken kabeljauw op. Garneer met de overige dille.