IJsbergvlaai (uit Vlaai)

Bereiding

Voor de meringuebrokken

1. Verwarm de oven voor op 110 graden. Bekleed een bakblik met siliconenpapier (ik gebruikte bakpapier maar de schuimvlokken zijn na het bakken dan wat lastiger los te krijgen).
2. Doe het eiwit in een brandschone kom (anders kun je het niet stijf kloppen) en klop tot er een schuim ontstaat. Voeg de suiker in drie delen aan het schuim toe, terwijl je goed blijft kloppen. Klop tot het schuim stevig is en mooi glanst.
3. Spatel de overige 150 gram kristalsuiker door het schuim. Schep het schuim op het bakblik en verdeel in een gelijke laag.
4. Bak 90 minuten in het midden van de oven. Haal het uit de oven en laat af koelen.

Vlaaideeg

1. Maak het gistdeeg terwijl de meringuebrokken in de oven zitten. Deel 1: Doe de bloem, melk en gist in een kom en meng met de hand tot een homogene massa.
2. Deel 2: Meng op een schoon werkblad de margarine, basterdsuiker en het zout door elkaar, dit mag met je handen. Schrap het botermengsel van het werkblad en voeg toe aan de bloem. Wrijf het botermengsel met je handen in een V-vorm (pinken tegen elkaar) door de bloem, zodat er kruimels ontstaan en de bloem niet meer zichtbaar is. Voeg de kruimels toe aan het bloemmengsel van deel 1 en laat 15 minuten staan (nog niet mengen).
3. Kneed het bloemmengsel en de kruimels met je handen door elkaar tot er een homogene massa ontstaat. Het deeg voelt slap en plakkerig aan, dit hoort zo, dus voeg geen extra bloem toe. Vorm een bolletje van het deeg en leg hem op een licht met olie ingevet bord. Dek losjes af met licht ingevet vershoudfolie en laat 20 – 30 minuten rijzen.

Banketbakkersroom

1. Maak de banketbakkersroom terwijl het deeg rijst. (Lees onderstaande tip voor je begint.) Doe de ingrediënten van deel 1 in een pannetje (zowel de uitgeschraapte vanillepeul en het merg mag erbij) en breng aan de kook. Haal van het vuur. Verwijder de vanillepeul.
2. Meng de ingrediënten van deel 2 in een ruime kom en voeg een scheutje van de hete melk toe, roer goed door elkaar om familie te maken. Voeg dit mengsel toe aan de melk in de pan en zet al roerend terug op laag vuur. Blijf al roerend zachtjes verwarmen tot het mengsel de dikte heeft van vla. Stort de banketbakkersroom op een groot plat bord en dek af met vershoudfolie om velvorming te voorkomen.

Rijzen en afbakken

1. Vet de vlaaivorm in met margarine. Rol het bolletje gistdeeg uit (op een licht bebloemd werkblad) en bekleed de vlaaivorm hiermee. Klop de banketbakkersroom los (indien nodig) en verdeel dit over de gistbodem. Strijk de bovenkant glad. Laat 30 minuten rijzen op het aanrecht.
2. Verwarm de oven voor op 215 graden*. Rol met de deegroller het overtollige deeg van de vlaaivorm en haal weg. Bak de vlaai 25 – 30 minuten, tot hij goudbruin is. Haal de vlaai direct uit de vorm en laat afkoelen op een rooster.

(*Ken je oven! Omdat mijn oven supersnel is had ik hem voorverwarmd op 190 graden. Na 30 minuten was hij toch nog iets te donker gekleurd. Kijk dus regelmatig door het ovenraampje en stel de temperatuur indien nodig iets bij. )

Afwerken

1. Meng het koudbindmiddel goed met de suiker. Meng daarna met de abrikozen. Verdeel de abrikozen over de puddingbodem, bolle kant naarboven.
2. Klop de slagroom stijf en schep in de spuitzak. Spuit de slagroom in een spiraal over de vlaai.
3. Breek de meringue in stukken en verdeel over de vlaai. Bestrooi met een beetje cacaopoeder.