Tiramisutaart

Bereiding

1. Vet de springvorm in met een beetje zonnebloemolie. Bekleed de rand en de bodem van de springvorm met een bakpapiertje.
2. Smelt de roomboter en pure chocolade in een pannetje op laag vuur. Maal 175 g lange vingers fijn in de keukenmachine, of doe ze in een diepvrieszak en sla ze fijn met een pan of deegroller (het is lekker als er nog wat grove stukjes zichtbaar blijven!). Roer het koekkruim door de gesmolten boter en chocolade en verdeel over de bodem van de springvorm. Zet in de koelkast om op te stijven.
3. Splits de eieren. Klop de eidooiers in een hittebestendige kom au bain-marie samen met 75 g suiker en de vanille-extract. Klop tot het mengsel verdubbeld is in volume en als een lint van de garde loopt. Haal de pan van het vuur en laat iets afkoelen. Dek zolang af met een velletje vershoudfolie om velvorming te voorkomen.
4. Zet de koffie en doe samen met de likeur in een diep bord of kom.
5. Klop de mascarpone door het eidooiermengsel. Klop de eiwitten in een schone kom tot stijve pieken — voeg geleidelijk de overige suiker toe als de eiwitten wat stijver worden.  Roer het eiwit door het mascarponemengsel.
6. Verdeel de helft van het mascarponemengsel over de bodem van de springvorm. Wentel de overige lange vingers door het koffiemengsel en verdeel over het mascarponemengsel. Verdeel het overige mascarponemengsel over de lange vingers en strijk glad. Zet afgedekt met een bord een nacht in de koelkast om op te stijven.
7. Voor serveren: doe de cacaopoeder in een fijn zeefje en strooi over de bovenkant van de taart. Leg de paaseitjes bovenop. Verwijder de springvorm en snijd in punten.